Albertus Seba, de Amsterdamse hofleverancier van Tsaar Peters Kunstkamera
De openingstentoonstelling van Het Schelpenmuseum Amsterdam eert een grondlegger van de natuurhistorische wetenschap, de Amsterdamse apotheker en zoöloog Albertus Seba (1665-1736). De illustraties die hij van zijn naturalia-verzameling liet maken, zijn drie eeuwen later nog even verrassend.
De illustraties die hij van zijn naturalia-verzameling liet maken, zijn drie eeuwen later nog even verrassend.
Albert Seba bracht vanaf 1700 in de Haarlemmerstraat een unieke verzameling schelpen, mineralen, dieren en andere uitheemse voortbrengselen van de natuur bijeen. Het grootste deel van zijn collectie verkreeg hij van zeelui en chirurgijns die aan het IJ terugkeerden uit verre streken. In ruil voor medicijnen gaven zij Seba de eerste keus uit de natuurlijke exotica die zij hadden meegenomen.
In 1716 verkocht Seba zijn hele collectie van ‘alle bedencklyke soorten van Rariteyten’ aan tsaar Peter de Grote, die er in St. Petersburg een apart museum, een ‘kunstkamer’, voor liet bouwen.
Direct na de verkoop begon Seba een nieuwe collectie, uiteindelijk nog groter en veelzijdiger dan de eerste. De Zweedse arts Carolus Linnaeus, de grondlegger van de zoölogische ordening zoals wij die nu nog steeds gebruiken, baseerde zijn Systema Naturae, deels op de studie die hij in Amsterdam maakte van Seba’s collectie.
Seba, die lid was van de Engelse Royal Society, correspondeerde veel met collega-apothekers en natuuronderzoekers in het buitenland. Zijn systematisch onderzoek droeg bij aan de ontwikkeling van de nieuwe wetenschap: de beschrijving van de natuur zoals die werd waargenomen.
Albertus Seba overleed, 70 jaar oud, in 1736. Na een veiling in 1752 raakte zijn tweede collectie verspreid over heel Europa. Uit de catalogi met gravures die Seba vanaf 1734 begon te publiceren zijn, via de kapitale Taschen-uitgave uit 2001, de reproducties op deze tentoonstelling afkomstig.
In de straat waar het huidige Schelpenmuseum Amsterdam gevestigd is – en die genoemd is naar de tsaar die een vriend was van Amsterdam, is een hommage aan Albertus Seba op zijn plaats.
De schelpenkastjes van Gemma van Schendelen
De kastjes met natuurvondsten van Gemma van Schendelen zijn te beschouwen als moderne varianten van de gravures van Albertus Seba’s verzamelingen. Net als Seba laat Van Schendelen zich leiden door haar verwondering over de veelheid en de schoonheid aan vormen en kleuren die de natuur te bieden heeft. In haar composities van de strandvondsten, maar ook in haar natuurfoto’s en tekeningen, zoekt de kunstenares naar nieuwe abstracte vormen die in de natuur besloten liggen.
Gemma van Schendelen woont en werkt in Heemstede. Zij studeerde aan de Gerrit Rietveld Academie en de Rijksacademie van beeldende kunsten in Amsterdam. Als docent beeldende kunst was zij verbonden aan de Werkschuit Amsterdam, Crea (Universiteit van Amsterdam) en is nu verbonden aan de Kunst Academie Haarlem.
Albertus Seba, Amsterdam’s purveyor to Tsar Peter’s Kunstkamera
The opening exhibition of the Amsterdam Shell Museum honours one of the founders of modern natural science, pharmacist Albertus Seba (1665-1736) of Amsterdam. In 1700 Seba started collecting natural curiosities which he obtained from sailors returning to Amsterdam from distant parts of the world. In 1716 Seba sold his entire collection to tsar Peter the Great, who had it placed in his newly built Kunstkamera in St. Petersburg. Seba immediately began a new collection which he documented in colourful etchings, reproductions of which are used for this exhibition.
Gemma van Schendelen’s cabinets with beach finds can be viewed as modern variations of Albert Seba’s etchings. Just like Seba, the artist Van Schendelen is inspired by the diversity and the beauty of the forms and colours nature has to offer. In her work Van Schendelen searches for new abstract forms that are hidden in nature.